Minister wil mogelijkheden industriële bedrijven voor Energie-investeringsaftrek verruimen

Minister Wiebes wil onderzoeken hoe industriële bedrijven meer gebruik kunnen maken van belastingvoordeel bij het nemen van energiebesparende maatregelen. De regeling die hiervoor is opgesteld, de Energie-investeringsaftrek (EIA), moet worden verruimd. Dat schrijft de minister deze woensdag aan de Tweede Kamer.

Bedrijven kunnen van de EIA gebruik maken als zij een investering doen in energiebesparende middelen, die staan op een zogeheten Energielijst. Hier staat bijvoorbeeld op hoeveel er voor de belasting kan worden afgetrokken bij aanschaf van een warmtepomp of warmteterugwinsysteem. De regeling bestaat al sinds 1997.

Minister Eric Wiebes (Economische Zaken en Klimaat, VVD) kondigt nu een marktconsultatie aan om inzicht te krijgen in hoe de regeling beter kan bijdragen aan “het stimuleren van procesefficiëntie bij industriële bedrijven”. Hij wil daarom de Energielijst verruimen en de berekeningen actualiseren waarmee bepaald wordt hoeveel energie de middelen besparen. Hoe dit er in de praktijk uit komt te zien, moet dus blijken.

Per jaar vragen gemiddeld 15.000 ondernemers EIA aan. Dat leidde in 2017 tot een belastinguitgave van ongeveer €135 mln, zo blijkt uit de laatste cijfers van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO). Hier is ongeveer €997 mln aan investeringen mee gemoeid, wat resulteert in een energiebesparing van 11 PJ. Bedrijven mogen maximaal 45% van het investeringsbedrag van de fiscale winst aftrekken. Het investeringsbedrag dat voor aftrek in aanmerking komt is minimaal €2.500 en maximaal €124 mln.

Free-riders

De minister kondigt dit aan tezamen met een publicatie van een studie van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) naar free-riders bij de EIA. Het percentage bedrijven dat ook zonder de EIA deze investering had gedaan, de zogenoemde free-riders, ligt rond de 50% en dat is in vergelijking met andere fiscale aftrekregelingen of subsidies hoog. Bij deze andere regelingen varieert dit tussen de 5% en 40%.

Om te voorkomen dat te veel bedrijven de regeling misbruiken, adviseert het PBL de Energielijst voor schone technologieën aan te scherpen. Ook adviseert het PBL om de EIA zo aan te passen dat vooral het midden- en kleinbedrijf (MKB) er gebruik van kan maken en bedrijven zonder winstoogmerk.

Ondanks dat de minister nu focust op verruimen van de EIA voor industriële bedrijven, zegt hij de aanbevelingen van het PBL mee te zullen nemen. Zo adviseert het PBL om alleen technologieën op de lijst te zetten die niet een te korte, maar ook niet te lange terugverdientijd hebben. Dat wil de minister in overleg met het ministerie van Financiën bekijken.