Plattelandontwikkelingsprogramma 2014-2020 vastgesteld

Default Image

Het Ministerie van Economische Zaken (EZ) en de provincies Overijssel en Gelderland hebben gisteren het derde Plattelandsontwikkelingsprogramma voor de periode 2014-2020 (POP3) vastgesteld. Dit POP3 bestaat uit 4 landsdelige programma’s en een rijksdeel. De provincies Gelderland en Overijssel hebben gezamenlijk het landsdelig programma “Oost” ontwikkeld. Zij ontvangen ruim 138 miljoen euro uit Brussel. Voor het Gelderse platteland is 79 miljoen beschikbaar en voor het Overijsselse platteland 59 miljoen. Het Plattelandsontwikkelingsprogramma investeert in vier thema’s: landbouw, natuur, water en Leader (sociaaleconomische ontwikkeling).

Natuur en water
De POP-gelden voor natuur in Oost Nederland (bijna 60 miljoen euro), gaan naar agrarisch natuurbeheer en maatregelen om de verdroging in Natura 2000 gebieden te herstellen. De verdeling van deze middelen gebeurt op basis van landelijke afspraken in het kader van het Natuurpact. In deze hoofdlijnennotitie over het natuurbeleid tussen rijk en provincies zijn afspraken gemaakt over het inzetten van europees budgetten voor natuur. Het POP-budget voor water (bijna 50 miljoen euro) is bedoeld voor het verbeteren van de waterkwaliteit en waterhuishouding van grond- en oppervlaktewater.

Landbouw en leefbaarheid
Voor vernieuwing bij landbouwbedrijven en herstructurering van de landbouw, waaronder de glastuinbouw , is 16 miljoen euro beschikbaar. Met dat geld kunnen landbouwbedrijven innoveren op het gebied van agrifood, water en energie, kan landinrichting worden uitgevoerd en kunnen landbouwbedrijven worden verplaatst. Daarnaast is 3,5 miljoen euro beschikbaar voor een ‘jonge boerenregeling’ gericht op duurzame en innovatieve projecten voor jonge boeren. Aanvullend op de POP-middelen voor landbouw heeft het Rijk budget beschikbaar voor garantstelling voor risicovolle marktintroducties en verzekering tegen onverwachte weersomstandigheden. Ook is een deel van het POP-budget in Oost (9,5 miljoen euro) ingezet voor de zogeheten Leaderprojecten. Het gaat om het ondersteunen van initiatieven van inwoners, ondernemers en organisaties uit het gebied zelf die bijdragen aan een vitaal platteland op de lange termijn. In Overijssel wordt LEADER provinciebreed ingezet; in Gelderland wordt de inzet van Leader gekoppeld aan de “krimp-Achterhoek”.

Cofinanciering
Naast elke Europese euro moet minimaal één publieke euro (van Rijk, gemeente of provincie) gelegd worden. Daarnaast moet er voor een aantal subsidies ook privaat geld bijgelegd worden. In Oost komt de publieke cofinanciering van het POP3-programma van de provincies (voor natuur en landbouw), de waterschappen (voor water) en de gemeenten (voor Leader). De private cofinanciering van het POP3 komt voor een belangrijk deel van het landbouwbedrijfsleven.

Het vastgestelde – POP3 wordt voorgelegd aan de maatschappelijke partners met verzoek om een reactie. De resultaten van de consultatie worden verwerkt in het POP3 dat vervolgens voor goedkeuring wordt ingediend bij de Europese Commissie. Als de EC het POP3 heeft goedgekeurd kan het programma worden uitgevoerd. Verwacht wordt dat het programma begin 2015 operationeel is.