Postcoderoos-regeling op de schop: de nieuwe subsidieregeling

Zoals in eerdere berichten vermeld wordt de postcoderoosregeling, officieel “Regeling Verlaagd Tarief”, vervangen door een subsidieregeling. Minister Wiebes heeft de Tweede Kamer deze week per brief geïnformeerd over de nieuwe, vervangende subsidieregeling die vanaf 2021 wordt geïntroduceerd.

De nieuwe regeling

Vanaf 2021 kunnen energiecoöperaties en VVE’s subsidie aanvragen voor een zonne-energieproject of kleinschalig windenergieproject. Het huidige voornemen is om zonne-energieprojecten tussen 15 en 300 kWp en windenergieprojecten op land tussen 500 en 1000 kWp te ondersteunen.

Net als in de huidige fiscale regeling, wordt in de nieuwe regeling de postcoderoos gebruikt om het lokale karakter te waarborgen. Onder de subsidieregeling moeten deelnemers aan een project lid zijn van een energiecoöperatie of VVE en bij aanvang wonen in hetzelfde postcoderoosgebied als waar de hernieuwbare energieproductie plaatsvindt. Dit kunnen bijvoorbeeld particulieren zijn of ondernemingen met een kleinverbruikersaansluiting. Als een lid van een energiecoöperatie tijdens de looptijd van de subsidieregeling verhuist naar buiten het postcoderoosgebied, dan kan hij lid blijven van de energiecoöperatie. Dit is een versoepeling ten opzichte van de huidige Postcoderoosregeling.

In de huidige Postcoderoosregeling ontvangen de leden van de energiecoöperatie of VVE het belastingvoordeel via hun energieleverancier. Dit gaat veranderen. De subsidie wordt uitbetaald aan de energiecoöperatie/VVE. Het is vervolgens aan de energiecoöperatie/VVE om de opbrengsten te verdelen onder de leden. Om te borgen dat er voldoende participatie en betrokkenheid is, wordt een minimum aantal deelnemers in het postcoderoosgebied vereist. Voor zonne-energieprojecten moet de energiecoöperatie per 5 kWp 1 lid hebben. Voor windenergieprojecten op land moet de energiecoöperatie per 2 kWp 1 lid hebben. Alle individuele leden moeten een even zwaar wegende stem hebben in de besluitvorming4, ongeacht de hoogte van de financiële inleg. Door deze aanpak wordt het voor energiecoöperaties gemakkelijker om leden te werven en is er minder complexe administratie nodig.

De energiecoöperaties ontvangen gedurende een periode van 15 jaar subsidie per geproduceerde kWh, waarbij het uitbetaalde subsidiebedrag meebeweegt met de marktwaarde van de geproduceerde energie in dat jaar. De energiecoöperaties verdienen immers ook geld met de verkoop van de opgewekte energie aan een energiemaatschappij. Dit komt overeen met de SDE+-systematiek. De subsidieregeling wordt jaarlijks langdurig opengesteld. Beschikkingen worden op volgorde van binnenkomst verleend. Als er op de dag van overtekening meerdere aanvragen binnenkomen, wordt onder deze aanvragen geloot. Hoe hoog het subsidiebedrag in 2021 moet worden wordt in de aankomende periode berekend door het Planbureau voor de Leefomgeving.

De opzet van de nieuwe subsidieregeling biedt op verschillende manieren meer financiële zekerheid voor coöperatieve projecten. Doordat de hoogte van de stimulering per project vastgelegd wordt in een beschikking, weten projecten wat ze kunnen verwachten en is er niet meer de onzekerheid van de energiebelastingtarieven die kunnen veranderen.

De Postcoderoosregeling zal per 1 januari 2021 komen te vervallen voor nieuwe gevallen. Eerder werd er gesproken over een overgangsregeling voor bestaande projecten zodat het recht op een verlaagd energiebelastingtarief kan worden inwisselen tegen subsidie. De minister geeft echter aan dat een dergelijke overgang- of afkoopregeling niet werkbaar is. Voor bestaande project blijft dus de oude postcoderoosregeling van toepassing.

Voor projecten die nu in voorbereiding zijn zal het per energiecoöperatie/VVE verschillen of gebruik wordt gemaakt van de huidige Postcoderoosregeling of dat men wacht op de nieuwe subsidieregeling. De minister geeft aan dat bij het uitwerken van de nieuwe subsidieregeling de sector zoveel mogelijk wordt betrokken en wordt tijdig gecommuniceerd over specifieke elementen van de subsidie. Daardoor kunnen energiecoöperaties die een nieuw project willen opstarten zich goed voorbereiden op de openstelling van de subsidieregeling.